Militairen schuldig aan politieke moorden, aldus Filippijnse onderzoekscommissie

Het Filippijnse overheidsleger werd deze week door een speciale commissie met de vinger gewezen inzake de golf politieke moorden de jongste jaren. Sinds het aantreden van president Arroyo in 2001 werden volgens schattingen al achthonderd mensen omgebracht. De oorzaak van het geweld ligt volgens de Melo-commissie niet enkel bij privé-milities, bewakingsfirma’s en landeigenaren die het heft in eigen handen nemen. Het overgrote deel van de moorden wordt gestuurd en uitgevoerd door militairen in overheidsdienst. Generaal Palparan wordt verdacht betrokken te zijn bij een reeks moordpartijen. Althans, dat zou moeten blijken uit het rapport van de commissie. Maar voorlopig weigert president Arroyo het rapport publiek te maken. De moorden gaan ondertussen gewoon voort. De president geeft opdracht om bescherming van getuigen bij politieke moorden uit te breiden. Naar alle verwachting blijft de president buiten schot in het verdere onderzoek naar de opdrachtgevers van de moorden. Arroyo zelf wordt algemeen geacht betrokken partij te zijn bij de rij bloedige moorden. In het verleden minimaliseerde Arroyo altijd de ernst en de omvang van de moorden. De weg naar gerechtigheid Het vernietigende besluit van de commissie is enigszins verrassend, omdat president Arroyo zelf de opdracht gaf tot oprichting van de commissie, evenwel na zware internationale druk van onder meer de Europese Unie. De familieleden van de slachtoffers verwachtten aanvankelijk een soort doofpotoperatie via de nieuwe commissie, om het leger en de president uit de wind te zetten. Toch zijn de familieleden van de slachtoffers nog steeds ontgoocheld omdat de commissie uitgaat van enkele 'misdadige elementen' in het leger, maar niet erkent dat het om een georganiseerde aanpak gaat. De rol van generaal Palparan in de moorden is overduidelijk. De familieleden van de slachtoffers vrezen dat enkel de generaal wordt opgeofferd als zondebok voor de honderden moorden en verdwijningen. Een troostprijs, want ondertussen is Palparan op pensioen, en dus zou hij niet meer aansprakelijk kunnen gesteld worden voor de misdaden die hij beging tijdens zijn loopbaan bij het leger. De familieleden en vrienden van de slachtoffers willen gerechtigheid. Met de oprichting van de Melo-commissie door Arroyo vrezen ze dat Arroyo al te veel internationaal gezichtsverlies wil vermijden, en dat ze met de commissie nu aan ‘damage control’ doet. Daarom wordt reikhalzend uitgekeken naar de komst van VN-gezant Philip Alston deze maand. Vrienden en familieleden van de slachtoffers hopen de VN-gezant te overtuigen om hun zaak te onderzoeken. Het uiteindelijke doel is de oprichting van een onafhankelijke VN-commissie die de moorden en de verdwijningen zal onderzoeken. Toch is de uitspraak van de commissie een eerste – kleine – opsteker voor de groeiende oppositie die campagne voert tegen het repressieve beleid van president Arroyo. De campagne vond ondertussen weerklank over de hele wereld, met onder meer de manifestaties omtrent de ‘Stop the Killings’-actie eind 2006. Een bloedige januarimaand Ondertussen gaan de moordpartijen onverminderd voort. Afgelopen maand bereikte het geweld tegen de oppositiekrachten een nieuwe piek. Maar liefst tien mensen werden omgebracht. Nathaniel Patugalan, een rechter, werd neergeschoten vanop een voorbijrijdende motorfiets. En Jose Maria Cui, professor en leider van de linkse beweging Bayan Muna, werd koelbloedig neergekogeld terwijl hij college gaf aan de universiteit. (Filip Polfliet - Bevrijde Wereld)